Haal de fiets van het slot voor gebruik van de fiets. Let op! Zorg altijd dat het ventiel niet tegen het slot aan komt.
De accu(s) bevindt zich op de stuurstang. Voor het slot van de bovenste accu-houder gebruik je dezelfde sleutel als het ringslot van de fiets. Voor het onderste slot van de accu-houder gebruik je de meegeleverde extra sleutel.
Je kunt de accu uit de houder halen om deze op te laden. Ook kun je de accu in de houder laten om deze op te laden. Let op! Wanneer je 2 accu’s in gebruik hebt, schakel dan nooit alle 2 de accu’s aan op de lader wanneer de accu’s in de houder zitten, gebruik hiervoor de onderste houder. De accu’s laden dan beide op.
De bediening van het elektrische systeem zit links op het stuur. Het systeem kan worden ingeschakeld door het aan/uit knopje enkele seconden ingedrukt te drukken. De snelheid is boven in het scherm af te lezen. Het ondersteuningsniveau is tekstueel in het midden aangegeven.
Het ondersteuningniveau is met de bediening van het elektrisch systeem in te stellen. Met de + knop wordt de ondersteuning verhoogd en met de – knop wordt de ondersteuning verlaagd. De knop kort indrukken is al voldoende.
Controleer de bandenspanning altijd voor vertrek! Controleer ook of de banden goed op de velgen liggen. Bandenspanning voorwiel/achterwiel: minimaal 3,5 bar, maximaal 4 bar
De linker hendel bedient de voorremmen. De rechterhendel bedient de achterrem.
De zadelhoogte is in te stellen door de snelspanner los te draaien. Zorg ervoor dat het zadel wanneer je naast de fiets staat op heuphoogte is ingesteld.
Naast de rechter handgreep bevindt zich het schakelsysteem. De
versnellingen zijn automatisch. Houd de knop enkele seconden ingedrukt. Let op! Rijdt altijd weg op de laagste versnelling!
De fiets heeft een koplamp en een achterlicht. De verlichting kan alleen via de knop bediend worden en niet bij de lampen zelf. Zet de verlichting aan of uit door 3 seconden de + knop ingedrukt te houden. Let op! Zorg ervoor dat het elektrische systeem aan staat!
